Ruim een maand geleden kwam ik het woord ‘bullshitbanen’ voor het eerst tegen, in een artikel van Bastiaan Bommeljé ( NRC Handelsblad 27 april 2018).
Ik citeer de alinea waarin het woord gebruikt wordt: ‘Natuurlijk, we weten allang dat de universiteiten werken met oprotzesjes om de outputfinanciering op peil te houden. En dat talrijke academische opleidingen de afgelopen jaren tot wel twintig procent van het curriculum schrapten om de uitval-targets te halen. En dat het hoger onderwijs de ogen gesloten heeft voor het feit dat zowat de helft van de studenten geen begrijpelijk Nederlands kan schrijven, zoals iedereen merkt die scripties leest of meeleest. En we weten ook van de proliferatie der bullshitbanen om al die afgestudeerden een dagbesteding te geven als verandermanager, inspiratiecoach of cultuurmarketeer.’